About the album
Dieterich Buxtehude (Dietrich, Diderich) was a German-Danish organist and a highly regarded composer of the baroque period. His organ works comprise a central part of the standard organ repertoire and are frequently performed at recitals and church services. He wrote in a wide variety of vocal and instrumental idioms, and his style strongly influenced many composers, including Johann Sebastian Bach. Organist at the Marienkirche in Lübeck for most of his life, Buxtehude is considered today to be the leading German composer in the time between Schütz and Bach. In this sixth volume (double-cd) of the Opera Omnia of Dieterich Buxtehude, Ton Koopman touches the composers harpsichord works as being a part of his impressive output that is still, alas, insufficiently known. In total his harpsichord-compositions comprise four cd's, one more than Koopman optimistically stated in the first volume. The Suites offer many opportunities for improvisation, or 'diminutions', as they are called in the 17th century. Koopman employs a heavy dose of Italian esprit.
Koopmans speelt de 'persoonlijke' klavecimbelmuziek van Buxtehude
Deel VI van de Opera Omnia is het 2e album met klavecimbelwerken van Dieterich (Dietrich, Diderich) Buxtehude, uitgevoerd door Ton Koopman. Het zijn voornamelijk suites en thema's met variaties, waarin onder andere invloeden van Sweelinck en van Italiaanse klaviermuziek zijn terug te horen. Koopman noemt het heel persoonlijke muziek, die uitnodigt tot creatief, fantasievol spel. Zonder twijfel een rol die hem op het lijf geschreven is.
Buxtehude was een Deens-Duitse organist en een door velen bewonderde componist uit de barokperiode. Hij componeerde vocale en instrumentale muziek. Zijn orgelwerken omvatten een aanzienlijk deel van het standaard orgelrepertoire van onze hedendaagse kerkdiensten. Buxtehude wordt beschouwd als de belangrijkste Duitse componist in de periode tussen Heinrich Schütz en Bach. Zijn stijl heeft veel componisten sterk beïnvloed. Hij was één van de grote voorbeelden van Johann Sebastian Bach. Het verhaal gaat dat Bach, toen 20 jaar, in 1705 helemaal naar Lübeck liep - 400 km - om Dieterich Buxtehude daar in de Marienkirche te horen spelen.
Wellicht dat die anekdote Ton Koopman inspireerde tot zijn project Opera Omnia om het gehele bewaard gebleven oeuvre van Buxtehude uit te voeren en op te nemen. Er was hem veel aan gelegen Buxtehude als het brein achter de vocale muziek van Bach te erkennen. Koopman is een van de meest vooraanstaande uitvoerders van oude muziek en voorzittter van het Internationale Buxtehude Gesellschaft.
Dieterich Buxtehudes Werke für Cembalo füllen vier CDs in zwei Boxen. Damit ist dieser Werkkomplex schmaler als sein Oeuvre für Orgel, aber immer noch relativ umfangreich im Vergleich zu seinen Zeitgenossen. Dieser Umstand deutet unmissverständlich darauf hin, dass Buxtehudes Ruf als Komponist weit über die Verfasserschaft ehrgeiziger, kühner und innovativer Orgelwerke hinaus ging.In ihrem kompositorischen Raffinement und technischen Anspruch unterscheiden sich die Cembalo-Stücke wesentlich von seinem Orgelwerk. Bei Buxtehude birgt die Notenschrift nicht die gesamte Interpretation. Fantasie, Kreativität, Stilkenntnis, historische Instrumente und Stimmung, Rhythmusgefühl, Mut, Improvisation und vor allem: Achtung vor der Genialität Dieterich Buxtehudes werden bei jedem Musiker zu einem eigenen Buxtehude führen.